Tijdschrift voor Financieel Recht 2014 nr. 6

De Bankierseed 2.0: een verdere stap voorwaarts?

mr. S.A. Gawronski en mr. A.J.P. Tillema

Sinds 1 januari 2013 dient de bankierseed te worden afgelegd door personen die kwalificeren als, kort gezegd, beleidsbepaler of medebeleidsbepaler van een financiële onderneming (hierna: (mede)beleidsbepaler). Op 14 augustus 2013 werd een consultatievoorstel voor een Wijzigingswet financiële markten 2015 (hierna: Conceptwetsvoorstel) ter inzage gelegd, waarin een wijziging en uitbreiding van de huidige geschiktheids- en betrouwbaarheidstoetsing en de bankierseed wordt voorgesteld. Op 10 april 2014 is het definitieve wetsvoorstel voor de Wijziging van de Wet op het

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

financieel toezicht en enige andere wetten op het terrein van de financiële markten (Wijzigingswet financiële markten 2015) (hierna: Wetsvoorstel) aan de Tweede Kamer gestuurd. Naar verluidt is een nota van wijziging in de maak die het Wetsvoorstel nog zal verruimen.Ruim een jaar geleden bespraken wij of de bankierseed – een moreel-ethische verklaring die ‘bankiers’ moet aanzetten tot ethisch gedrag[1] – het wondermiddel zal zijn dat een cultuuromslag in de financiële sector bewerkstelligt en het vertrouwen in het bankwezen herstelt[2] en of invoering ervan een goed idee vormt.[3] Wij constateerden dat voor een eenduidig antwoord nog te veel vragen onbeantwoord waren, waaronder vragen verband houdende met diverse beginselen van behoorlijke wetgeving, zoals subsidiariteit, doeltreffendheid en doelmatigheid, draagvlak, proportionaliteit, en handhaafbaarheid.Dit artikel vormt – zoals door de redactie verzocht – een vervolg op het artikel van een jaar geleden. Daartoe zal voor het perspectief eerst kort het pad dat de bankierseed tot 1 januari 2013 heeft afgelegd worden beschreven (par. 2), waarna de stand van zaken betreffende de beoogde wijziging en uitbreiding van de bankierseed wordt besproken (par. 3). Wij zullen vervolgens beoordelen of de in het Wetsvoorstel opgenomen bankierseed zoals die vanaf 1 januari 2015 moet gaan gelden, gezien het voorstel zoals het er nu ligt, passend is in het licht van enkele relevante algemene uitgangspunten van behoorlijke wetgeving (par. 4). Wij concluderen dat de wijzigingen vervat in het Wetsvoorstel weliswaar kunnen bijdragen aan de cultuuromslag die van de financiële sector wordt verwacht en ook nodig is, maar desalniettemin een deel van de eerder behandelde vragen – nog steeds – niet echt onder ogen lijkt te zijn gezien. Daarmee blijft – vooralsnog – tamelijk onzeker of de wettelijke bankierseed gaat slagen. De vergrote aandacht voor dit onderwerp bij zowel de wetgever als de financiële sector kan evenwel een teken zijn dat de bakens op dit vlak op termijn echt zullen worden verzet.

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Verder in dit artikel:

2. Van code banken – via eed voor 250.000 personen – naar beperkte bankierseed ...

2.1 De voorgeschiedenis

2.2 Huidige wet- en regelgeving

3. ... naar uitbreiding en misschien toch weer een eed voor allen

3.1 Kabinetsvisie op de bankierseed

3.2 Het Conceptwetsvoorstel

3.3 Intermezzo: het NVB-initiatief en het nadere kabinetsstandpunt: toch eed voor alle medewerkers in de bancaire sector?

3.4 Het Wetsvoorstel

4. Het oordeel herzien?

5. Slotopmerkingen

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. S.A. Gawronski en mr. A.J.P. Tillema
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:FR/11456

Verder in 2014 nr.6

 Apenrots

Regelmatig verschijnen er in de krant berichten dat geblinddoekte, dartpijltjes gooiende apen op hun fictieve aandelenportefeuille een hoger rendement behalen dan professionele beleggingsanalisten....

 Bancaire zelfregulering in roerige tijden

Banken beheren onze spaartegoeden, verzorgen de financiering van woningen en bedrijven en regelen het betalingsverkeer. Daarmee hebben ze een grote maatschappelijke verantwo...

 Zelfregulering: een goed en betrouwbaar alternatief voor publieke regulering

De financiële markt wordt beheerst door een groot aantal wetten en regels. Internationale verdragen, Europese richtlijnen, wetten, regels, AMvB’s, ministeriële regelingen en...

 De Bankierseed 2.0: een verdere stap voorwaarts?

Sinds 1 januari 2013 dient de bankierseed te worden afgelegd door personen die kwalificeren als, kort gezegd, beleidsbepaler of medebeleidsbepaler van een financiële onderne...

 Tuchtrecht en de wens tot integere bankiers. Een kritische beschouwing

‘And by the definition of an oath, it appareth that it addeth not a greater obligation to perform the covenant sworn, than the covenant carrieth in itself, but it putteth a man into a greater...

 Is Doomsday aangebroken voor zelfregulering door beursvennootschappen?

De laatste jaren lijkt in veel sectoren van de maatschappij een trend op gang te zijn gekomen waarin formele wetgeving zelfregulering vervangt. Deze trend is niet alleen Ned...

 De Nederlandse Corporate Governance Code: Quo vadis?

Op 11 december 2013 heeft de Minister van Economische Zaken de derde Monitoring Commissie Corporate Governance Code (hierna: Commissie Van Manen) ingesteld.[1] Het besluit r...