Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte 2022 nr. 4

De verweren van een verhuurder/bezitter tegen een vordering tot schadevergoeding van de bedrijfshuurder op grond van artikel 6:174 BW

mr. D.H. de Witte1

Artikel kopen € 79,00 excl. BTW

In plaats van abonneren kunt u dit artikel ook afzonderlijk kopen.

De huurder die door een gebrek aan de gehuurde bedrijfsruimte - in de betekenis van de gebouwde opstal waarin een bedrijf wordt uitgeoefend2 - schade leidt, zal die schade door de verhuurder van de opstal vergoed willen zien. Een vordering tot schadevergoeding wordt veelal gegrond op het huurrechtelijke art. 7:208 BW.3 Daarnaast, subsidiair of in plaats daarvan4 wordt geregeld ook het algemeen verbintenisrechtelijke art. 6:174 BW als grondslag aangevoerd. Dat doet de vraag rijzen hoe beide grondslagen zich in zo'n geval – het geval dat de huurder tegen de verhuurder/bezitter van de bedrijfsruimte een vordering tot schadevergoeding instelt – tot elkaar verhouden. Is denkbaar dat een vordering niet op grond van art. 7:208 BW wordt toegewezen, maar wel op grond van art. 6:174 BW? Of andersom, niet op grond van art. 6:174 BW, maar wel op grond van art. 7:208 BW? Of maakt het niet uit op welke van de twee grondslagen de vordering tot schadevergoeding is gebaseerd?
In dit arti...

U heeft op dit moment geen toegang tot de volledige inhoud van dit product. U kunt alleen de inleiding en hoofdstukindeling lezen.

Wanneer u volledige toegang wenst tot alle informatie kunt u zich abonneren of inloggen als abonnee.


Verder in dit artikel:

1. Schadevergoeding ex art. 7:208 BW

1.1. Toerekening

1.2. Stelplicht en bewijslast art. 7:208 BW

1.3. Onderdeel van art. 7:208 BW van (semi)dwingend recht

2. Schadevergoeding op grond van art. 7:206 BW

3. Schadevergoeding op grond van art. 6:174 BW

3.1. Risicoaansprakelijkheid met tenzij-clausule

3.2. Aansprakelijke persoon: bezitter of bedrijfsmatige gebruiker

3.3. Veiligheidseisen en gevaar (gevaar opleverende gebreken)

3.4. Stelplicht en bewijslast art. 6:174 BW en art. 6:181 BW

4. Verweren verhuurder bedrijfsruimte bij aansprakelijkstelling ex art. 6:174 BW

4.1. Algemeen

4.2. Geen gevaar opleverend gebrek

4.3. Huurder als bedrijfsmatig gebruiker is aansprakelijke persoon

4.4. Geen risicoaansprakelijkheid vanwege `tenzij-clausule'

4.5. Beperking buitencontractuele aansprakelijkheid

4.6. Samenloop en grenzen aan de buitencontractuele aansprakelijkheid

5. Slotsom

Deel deze pagina:

Nog niet beoordeeld

Bijlage(n)

  • Bijlagen zijn alleen beschikbaar voor abonnees.

Artikel informatie

Type
Artikel
Auteurs
mr. D.H. de Witte1
Auteursvermelding
Ik ben auteur van dit artikel
Datum artikel
Uniek Den Hollander publicatienummer
UDH:TvHB/17354

Verder in 2022 nr.4

 Voorwoord

Deze zomer hebben wij niet stil gezeten. In het vierde nummer brengen wij u weer een aantal lezenswaardige artikelen en annotaties bij uitspraken.   Vincent Boumans bespreekt in zijn artikel...

 De impact van de WHOA op de huurrechtpraktijk

De Wet Homologatie Onderhands Akkoord (WHOA) is op 1 januari 2021 in werking getreden. De WHOA kan voor verhuurders, van huurders die in financieel zwaar weer (dreigen te) komen, grote impact hebbe...

 De verweren van een verhuurder/bezitter tegen een vordering tot schadevergoeding van de bedrijfshuurder op grond van artikel 6:174 BW

De huurder die door een gebrek aan de gehuurde bedrijfsruimte - in de betekenis van de gebouwde opstal waarin een bedrijf wordt uitgeoefend[2] - schade leidt, zal die schade door de verhuurder van ...

 Heerlijk helder pijn verdelen

Zes maanden vastelastenmethode in 34 corona-uitspraken na HR 24 december 2021, ECLI:NL:HR:2021:1974   De coronajurisprudentie was tot in het najaar van 2021 behoorlijk divers. Sommige rechters merk...

 De goedkeuring van afwijkende bedingen: watskeburt?!1

In deze bijdrage zal stil worden gestaan bij de uitspraken die zijn verschenen over de goedkeuring van afwijkende bedingen sinds de uitgave van de tweede druk van het Handboek Huurrecht Bedrijfsrui...