Tijdschrift voor Arbeid & Onderneming
Arbeidsrecht – Ondernemingsrecht – Medezeggenschapsrecht
2017 nr. 3
Redactie
Hoofdredactie mr. drs. A.M. Helstone
|
Redactie mr. dr. J.H. Bennaars prof. mr. dr. J.H. Even mr. S. Sikkink prof. dr. O.P. van Vliet mr. dr. H.H. Voogsgeerd mr. dr. A. Zwanenburg
|
Redactiesecretaris(sen) mr. M. Diepenbach
|
Artikel
prof. mr. L.G. Verburg1Het op 1 december 2009 in werking getreden Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (het Handvest) bevat een aantal rechten, vrijheden en beginselen. Art. 16 Handvest bepaalt dat de vrijheid van ondernemerschap wordt erkend overeenkomstig het recht van de Unie en de nationale wetgevingen en praktijken. Recente arresten als AGET Iraklis,[2] Achbita/G4S[3] en Asklepios[4] laten zien dat het grondrecht van de vrijheid van ondernemerschap een vaste plek heeft verworven in de jurisprudentie van het Hof van Justitie EU (Hv... abonneren of dit artikel kopen.
mr. J. van der Pijl1Laat ik met de clou beginnen – een spoiler is dit niet: het Hof haalt een streep door de Nederlandse pre-packpraktijk, door vast te stellen dat in zulke situaties de in de richtlijn inzake overgang van onderneming (richtlijn 2001/23/EG; hierna: de richtlijn) gegarandeerde bescherming van werknemers behouden blijft. Met andere woorden, alle betrokken medewerkers gaan in een pre-pack van rechtswege mee over naar de verkrijger. Dat maakt de pre-pack-route bepaald minder aantrekkelijk. Het bestaansrecht ervan staat op het spel en dat geldt niet alleen voor de informele pre-packpraktijk, maar... abonneren of dit artikel kopen.
mr. B.J. Maes1
Op 5 juli jl. heeft de Afdeling Bestuursrecht van de Raad van State (hierna: ‘de Afdeling’) in een tweetal samenhangende zaken voor het punitieve bestuursrecht en de uitleg van de vrijheid van dienstverrichting binnen de EU belangrijke, of in elk geval samenvattende, uitspraken gedaan. Deze zaken werden – en dat was bijzonder aan deze zaken – voorafgegaan door een verzoek van de voorzitter van de Afdeling aan staatsraad A-G Keus om een conclusie te nemen in de zin van art. 8:12a Awb; deze conclusie werd genomen op 12 april 2017.[2]
H... abonneren of dit artikel kopen.
mr. J.P. Wiewel1Op grond van art. 32 Wet op de Ondernemingsraden (hierna: WOR) kan een onderneming met zijn ondernemingsraad een ondernemingsovereenkomst sluiten. Deze ondernemingsovereenkomst kan in verschillende soorten voorkomen. Het onderscheid tussen deze verschillende soorten is van belang bij het leerstuk van de overgang van onderneming. Richtlijn 2001/23/EG betreffende het behoud van de rechten van de werknemers bij overgang van ondernemingen (hierna: de Richtlijn) regelt in art. 6 wel het behoud van medezeggenschap[2], maar is niet duidelijk ten aanzien van de vraag of de o... abonneren of dit artikel kopen.
M.M. van den Berg LL.M.1The gig economy has disrupted the traditional employment relationship. In this new world, digital ‘platform companies’ using algorithms and smart technologies are creating agile employment models. These new forms of employment are not limited to the standard contractual framework that sets out the employment terms and corresponding wage; rather they are performed through an online account on platform companies' websites. Uber uses such a business model. No form of employment contract exists for its drivers; work schedules and working hours are absent, and drivers only get paid when they ... abonneren of dit artikel kopen.
mr. P.A.M. Witteveen en dr. I. Zaal1In oktober 2016 schreven wij in dit nummer over de rol van de ondernemingsraad (OR) bij faillissement en doorstart.[2] In dit artikel bespraken wij uitgebreid de beschikking van de Ondernemingskamer (OK) inzake DA. In deze uitspraak overwoog de OK dat een (voorgenomen) besluit van de curator tot overdracht van de zeggenschap over de failliete onderneming niet adviesplichtig is. Inmiddels heeft de Hoge Raad de beschikking van de Ondernemingskamer vernietigd. Voor ons aanleiding het artikel uit 2016 van een update te voorzien. Wij beperken ons daarbij tot de rol van de... abonneren of dit artikel kopen.
prof. mr. B. Barentsen en mr. E.L.H. van der Vos1Topinkomens zijn geen rustig bezit. Na de financiële crisis van 2007 ligt het inkomen van veelverdieners onder een vergrootglas, zeker wanneer het om bankiers of om de publieke sector gaat. Salarissen, bonussen en gouden handdrukken voor hogere managers staan garant voor ophef en rumoer. In de media en het publieke debat overheerst het beeld van schaamteloze zelfverrijking, en dan vaak ook nog op kosten van de belastingbetaler. De publieke opinie was – en is nog steeds – bepaald niet mals. Topinkomens zijn ook vaak onderwerp van Kamervragen, in 2016 tegen de 50.[2] abonneren of dit artikel kopen.
Vorige edities
2019
2018
2017
2016
Eerdere edities kunt u doorzoeken in het archief.
RSS