Tijdschrift voor Huurrecht Bedrijfsruimte

2008 nr. 1

Redactie

Hoofdredactie

mr. K.M. Verdurmen

Redactie

mr. N. Amiel
mr. V.G.F. Boumans
mr. B.N. Cammelbeeck
mr. A. de Fouw
prof. mr. A.W. Jongbloed
mr. S. van der Kamp
mr. K. Keij
mr. I.C.K. Mol
mr. J.R.M. Nelen
mr. M. van Schie
M. Sloot

Vaste medewerkers

mr. J. le Clercq
mr. K.J.M. Corten
mr. M. Davelaar
mr. I. E. Hofhuis
mr. L. Kruitwagen
mr. C. Otte
mr. A.A.L. Oving
I. Reimert
mr. M. Schröer
B. Ziermans MSc. MRICS

Redactiesecretaris(sen)

mr. A. de Fouw

 

Artikel

Kroniek Renovatie

mr. J.C. Toorman

De in 2003 geïntroduceerde renovatieregeling van artikel 7:220 BW heeft nog steeds betrekkelijk weinig gepubliceerde jurisprudentie opgeleverd.1 Niettemin is in 2007 een aantal uitspraken gepubliceerd, waarin de renovatieregeling aan de orde komt. Hierna richt ik mij op de volgende aspecten: 1. Het redelijk voorstel 2. Renovatie of dringende werkzaamheden? 3. Renovatie of wijziging van het gehuurde? 4. Opzegging op grond van dringend eigen gebruik bij renovatie 5. Procedurele aspecten abonneren of dit artikel kopen.

Kroniek Indeplaatsstelling

mr. T. Verbaas en mr. G.J. Osinga

Art. 7:307 lid 1 BW biedt de huurder de mogelijkheid om tegen de wil van de verhuurder ‘overdracht’ van de huur van 290-bedrijfsruimte (winkelruimte e.d.) te realiseren in verband met de overdracht van het bedrijf dat in het gehuurde wordt uitgeoefend, indien partijen er onderling niet uitkomen. Zie ook art. 6:159 BW. De huurder dient dan bij de kantonrechter te vorderen dat hij gemachtigd wordt om een ander als huurder in zijn plaats te stellen. Op een dergelijke vordering beslist de rechter ‘met inachtneming van de omstandigheden van het geval, met dien verstande dat ... abonneren of dit artikel kopen.

City in a building

mr. drs. S.J.M. Verhoeven

Als een gebouw wordt ontwikkeld is het voor de betrokkenen, zoals de ontwikkelaar en de lokale overheid, altijd duidelijk waarvoor het gebruikt gaat worden. Zo zal een te bouwen woningcomplex worden gebruikt om in te wonen. Een kantoorgebouw om in te werken. En een schoolgebouw om in les te geven en te leren. Hierop is de regelgeving inzake de bouw en het beheer van onroerende zaken afgestemd. Dat is wat onhandig als je voor een andere aanpak kiest. Als je gebouwen gaat realiseren die in delen casco worden verhuurd en waarvan vooraf niet vaststaat ‘wat waar komt’, dus hoe het daa... abonneren of dit artikel kopen.

Monopolieposities en referentiepanden

mr. A. Scholten

Bij het vaststellen van de nadere huurprijs van 290-bedrijfsruimte is het vinden van vergelijkbare bedrijfsruimte ter plaatse (referentiepanden) veelal een hele opgave. Daarbij kunnen zich vele complicaties voordoen. Bijvoorbeeld het geval dat de betrokken verhuurder tevens de eigenaar is van de overige bedrijfsruimte in het winkelcentrum waar het gehuurde is gevestigd. De vraag rijst dan of, en zo ja: in hoeverre, de overige bedrijfsruimten in het winkelcentrum betrokken kunnen worden bij de berekening van de nadere huurprijs. Veel huurders verzetten zich hiertegen o... abonneren of dit artikel kopen.

Jurisprudentie

Rolnr. 174/05, landelijk zaaknummer 106.002.350 Hoger beroep van de vonnissen...

prof. mr. A.W. Jongbloed en mw. mr. N. Eeken

Samenvatting Nadere vaststelling van de huurprijs voor 290-bedrijfsruimte. De juistheid van de door de BHAC toegepaste zonering op basis van functionaliteit wordt door de huurder betwist. Het hof heeft de deskundigen om een nadere toelichting gevraagd. Het hof stelt voorop dat zonering vanzelfsprekend niet willekeurig dient te geschieden en dat zeker keuzes van de deskundigen waarover – gemotiveerd – meningsverschil bestaat tussen partijen, waar mogelijk uitgelegd en beredeneerd dienen te worden. De leden van de BHAC hebben naar mening van het hof daarnaast evenwel terecht ru... abonneren of dit artikel kopen.

Autobedrijf Harry van der Veer B.V./Beter Wonen Patrimonium (TvHB 2008/3)

prof. mr. A.W. Jongbloed en mw. mr. N. Eeken

Samenvatting Noch de tekst van artikel 7:297 BW, noch de totstandkomingsgeschiedenis hiervan nopen tot de door het onderdeel verdedigde uitleg inhoudende dat de rechter de vordering van de verhuurder tot huurbeëindiging niet op een eerdere datum (en daarmee in een andere beslissing) zou mogen afdoen dan het verzoek van de huurder tot het toekennen van een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten. Dat de rechter volgens de tekst van artikel 7:297 BW in zijn beslissing’ tot toewijzing van de vordering tot huurbeëindiging een tegemoetkoming in de kosten van de huur... abonneren of dit artikel kopen.

LJN BC3820 (TvHB 2008/4)

prof. mr. A.W. Jongbloed en mw. mr. N. Eeken

Samenvatting Het hof is van oordeel dat de in de huurovereenkomst voorkomende koopoptie ingevolge artikel 7:226 BW is overgegaan op de opvolgend verhuurder, nu de in artikel 7:226 lid 3 BW bedoelde tegenprestatie besloten zou liggen in het samenstel van rechten en verplichtingen van partijen mede gelet op de familieband tussen partijen en de feitelijke situatie). abonneren of dit artikel kopen.

Wet- en regelgeving

Actualiteiten

mw. mr. M. Sloot

In deze rubriek wordt de stand van zaken rond wet- en regelgeving weergegeven, tijdens de behandeling in de Eerste en Tweede Kamer en de officiële plaatsing in het Staatsblad. abonneren of dit artikel kopen.

Deel deze pagina:

Vorige edities

RSS