Tijdschrift voor Agrarisch Recht

1991 nr. 10

Redactie

Hoofdredactie

mr. E.H.M. Harbers

Redactie

mr. H.A. van Bommel
mr. M. Jansen Schoonhoven
mr. dr. D. Korsse
mr. R. Ligtvoet
prof. mr. T.J. Mellema-Kranenburg
mr. C.A.M. van Reeken
prof. mr. dr. J.W.A. Rheinfeld
mr. W.L. Valk
mr. A. Verduijn RB
mr. W.J.E. Van der Werf
mr. Th.C.M. Willemse

 

Artikel

Agrarische erfpacht en de Dienst der Domeinen: een nadere analyse van het beg...

Mr. drs. P.A. de Hoog

In mijn artikel 'Agrarische erfpacht en de werking van artikel 59 Pachtwet’1 heb ik een aantal voorbeelden gegeven van pogingen de werking van de Pachtwet te ontgaan, waarbij ook de deugdelijkheid van deze pogingen aan de orde is geweest. Een van de voorbeelden was de door de Dienst der Domeinen met name in Flevoland toegepaste constructie, een combinatie van erfpacht en pacht, welke bekend staat onder de benaming 'erfpacht nieuwe stijl'. Inmiddels heeft de Directie der Domeinen haar visie terzake gegeven.2 De vraag is, of de visie van de Dienst der Domeinen en de conclu... abonneren of dit artikel kopen.

Erfpacht nieuwe stijl

Mr. RJ.C.M. Koning

Reagerend op het in Agrarisch recht, 1991 nr. 2, gepubliceerde artikel 'Agrarische erfpacht en de werking van art. 59 Pachtwet' van de hand van mr. RA. de Hoog wil ik enkele kanttekeningen plaatsen van de zijde van de dienst der Domeinen. In het artikel wordt gesteld dat er zich de laatste tijd in de praktijk een aantal vormen van ontgaan van de Pachtwet voordoet waarvan men zich zou kunnen afvragen of er sprake is van ontgaan of van ontduiken van die wet. Eén van de twee representatief geachte voorbeelden die vervolgens worden gegeven, blijkt de door de dienst der Domeinen toegepast... abonneren of dit artikel kopen.

De nieuwe Woningwet is er (toch)

J.A. Lok

In het maartnummer van 1988 van dit blad schreef H. J. van Bemmel een bijdrage onder de titel 'Naar een nieuwe Woningwet'. Hoofdstuk IV van de nieuwe Woningwet (Vergunningen) zou voor de praktijk van alle dag de grootste verandering betekenen, zo schreef Van Bemmel niet ten onrechte. Hij behandelde dit hoofdstuk echter niet (grondig), omdat hij zich moeilijk voor kon stellen dat dit hoofdstuk tot wet verheven zou worden. Het voorstellingsvermogen van hem, Van Buuren1, Bruil, Drupsteen2 en vele anderen is evenwel ontoereikend gebleken. Ook dit hoofdstuk heeft nagenoeg ongewijzigd de e... abonneren of dit artikel kopen.

De nieuwe Pachtwet: de zorg om het pachtareaal of het einde van de reguliere ...

LS. Melse

De pacht en de Pachtwet staan volop in de belangstelling. De meermalen van de zijde van de overheid en van de verpachters geuite zorg over het teruglopen van het pachtareaal zou de landbouw een hart onder de riem moeten steken. Echter, is die zorg wel zo onbaatzuchtig als men wil doen voorkomen? Wie kennis neemt van het verslag van het Interdepartementaal Beleidsonderzoek Pachtwetgeving uit 1988 krijgt niet slechts de indruk, maar komt tot de overtuiging dat niet de zorg om de afname van het pachtareaal aanleiding was tot het doen van voorstellen tot wijziging van de Pac... abonneren of dit artikel kopen.

Jurisprudentie

'1. Gabrielle Rieff 2. Jacob Henry Albert Kammer 3. Joyce Madeleine Kammer 4....

Mr. Spoor, mr. Kok, mr. Beschoor Plug, ir. Van Leeuwen en Wentink

Pachtwet, paragraaf 6 (art. 20 e. v.) Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, art. 67 Aan pachter is gedurende ruim 1 jaar door de verpachters de toegang tot het gepachte ontzegd. In eerste instantie heeft de pachtkamer van het kantongerecht Breda zich onbevoegd verklaard kennis te nemen van de vorderingen. Later verklaarde evenvermelde instantie zich alsnog bevoegd, nadat het gerechtshof te 's-Hertogenbosch oordeelde dat noch de arrondissementsrechtbank Breda noch het hof bevoegd was van de vorderingen kennis te nemen. In casu was er geen sprake van gezag van gewijsde van h... abonneren of dit artikel kopen.

'Geradus Wilhelmus Theodorus Verstegen / De besloten vennootschap Wessem Hold...

Mr. Spoor, mr. Kok, mr. Bierman, baron de Weichs de Wenne en De Wolf

Pachtwet, art. 1-1 sub d, II-l Omstandigheden waaronder niet is bewezen dat tussen partijen een mondelinge pachtovereenkomst is gesloten. Verstegen heeft in hoger beroep zelf uiteengezet dat de percelen land in geschil hem door de B. V. als compensatiegrond in gebruik zijn gegeven wegens de ontgronding en ontzanding van pachtgronden. Door dit tijdelijk niet-gebruik van pachtgronden eindigde daarop betrekking hebbende pachtovereenkomst met de B. V. niet. Betalingen die Verstegen tijdens de ontgronding en ontzanding bleef verrichten wijzen dan ook niet op een nieuwe pachtovereenk... abonneren of dit artikel kopen.

'De Staat der Nederlanden / 1. Am Johannes Viersen 2. Saak Penders-Viersen 3....

Mr. Maris, mr. Kok, mr. Houtman, mr. ing. Jansens van Gellicum en Wentink

Pachtwet, art. 11, 88 Hetgeen eisers hebben gesteld omtrent de beweerdelijk gepachte percelen voldoet niet aan art. 88-2 Pw en ook overigens staan de ligging en grootte van die percelen niet vast. Toch is het terecht dat de pachtkamer van het kantongerecht een nader onderzoek heeft ingesteld, omdat er wel schriftelijke pachtovereenkomsten tussen partijen zijn geweest, die evenwel krachtens het archiefbesluit door de Staat zijn vernietigd. In de door Viersen c.s. in het geding gebrachte lijst inzake 'verhuurd vlasland in de N.O.P.'ontbreekt enige, laat staan voldoende aanwijzing... abonneren of dit artikel kopen.

'Hendricus Johannes Wilhelmus Meijer / Gerhardus Johannes Antonius Golbach' (...

Mr. Spoor, mr. Kok, mr. Bierman, mr. ing. Jansens van Gellicum en Wentink

Pachtwet, art. 25, 26, BS 1988, art. 19 De in art. 25 Pw neergelegde verplichting van de pachter brengt in het algemeen mee dat het hem niet vrijstaat gedurende de looptijd van de pachtovereenkomst of bij het einde daarvan de grond aan de verpachter op te leveren zonder het daarmee samenhangende melkquotum. Het onderhavige bouwland was in 1983 en 1984 voornamelijk dienstbaar aan de veehouderij van pachter en het hem destijds toegekende melkquotum hing derhalve mede met dit bouwland samen, zij het - omdat ook sprake was van gebruik van het bouwland ten behoeve van het mestvee ... abonneren of dit artikel kopen.

'J. B. en G B.-M. / 'Kanaalstreek'' (TvAR 1991/4510)

Mrs. Meijeringh, De Wilde en Dijkers

Herinrichtingswet Oost-Groningen en de Gronings-Drentse Veenkoloniën, art. 33, 34 De Herinrichtingswet bepaalt dat andere dan agrarische factoren bij de eerste schatting buiten beschouwing blijven. De CLC heeft in het stelsel van classificatie een en ander aldus opgevat en kunnen opvatten dat slechts het natuurlijk voortbrengend vermogen van de grond grondslag dient te zijn. De waterhuishouding van een perceel valt hier buiten. Reclamanten worden door deze gang van zaken niet in hun belangen geschaad, daar niet-agrarische factoren die de waarde mede bepalen ter gelegenheid van... abonneren of dit artikel kopen.

'J.K. / 'Yerseke Moer'' (TvAR 1991/4511)

Mrs. Witsiers, ter Berg en Slot

Landinrichtingswet, art. 202 jo. 176 en 187 Rechtsgevolg niet verschijnen van reclamant ter zitting van de rechtbank. Belanghebbende wel verschenen. Gevraagde kostenveroordeling door belanghebbende niet toewijsbaar, nu reclamant geacht wordt zijn bezwaar ingetrokken te hebben. De Landinrichtingswet kent slechts de mogelijkheid van een kostenveroordeling indien de belanghebbende met wie geen overeenstemming is bereikt in het gelijk of ongelijk wordt gesteld. Geen van beide situaties doet zich hier voor. abonneren of dit artikel kopen.

Deel deze pagina:
RSS